Remember to turn down the brightness and mute your phone.

Terug naar het evenement

Oslo Philharmonic, Mäkelä & Frang

27 Okt.'24
- 19:00

Henry Le Boeufzaal

Klaus Mäkelä, nog geen dertig, maar al een dirigent van wereldklasse en een waar fenomeen. Dit seizoen zal hij maar liefst drie keer Bozar betoveren, met drie orkesten die hem nauw aan het hart liggen:  

  • 27 Okt.’24 Oslo Philharmonic met Vilde Frang 
  • 3 Maa.’25 Orchestre de Paris  
  • 8 Mei’25 Koninklijk Concertgebouworkest Amsterdam  

De Finse dirigent Klaus Mäkelä is sinds 2020 chef-dirigent bij Oslo Philharmonic en sinds 2021 muziekdirecteur van Orchestre de Paris. Bovendien wordt hij in 2027 chef-dirigent van Koninklijk Concertgebouworkest Amsterdam en muziekdirecteur van Chicago Symphony Orchestra. Als exclusieve artiest van Decca Classics nam hij de Ballets Russes van Stravinski en Debussy op met het Orchestre de Paris. Met Oslo Philharmonic volgden alle symfonieën van Sibelius, en Sibelius’ en Prokofievs Eerste Vioolconcert (met Janine Jansen). Vanaf 2024 focust hij op Sjostakovitsj met opnames van de 4e, 5e en 6e Symfonie. Als gastdirigent staat Mäkelä tijdens seizoen ‘24-’25 nog voor London Symphony Orchestra, Cleveland Orchestra en Berliner Philharmoniker. Ook op de agenda: zijn debuut bij Wiener Philharmoniker en uitgebreide aandacht in Essen Philharmonie en Bozar.  

Wil je de Mäkelä beter leren kennen? Ontdek hier vijf dingen die je nog niet wist over de veelbesproken Finse dirigent.  

Georges Enescu (1881-1955) 
Roemeense Rapsodie, op. 11/1 · Rhapsodie roumaine, op. 11/1 (1901) 

Igor Stravinsky (1882-1971) 
Concerto voor viool en orkest · Concerto pour violon et orchestre (1931) 

  • Toccata 
  • Aria I 
  • Aria II 
  • Finale: Capriccio 

Pauze

Pjotr Tsjaikovski (1840-1893) 
Symfonie nr. 4, op. 36 · Symphonie n° 4, op. 36 (1877-1878) 

  • Andante sostenuto – Moderato con anima 
  • Andantino in modo di canzona 
  • Scherzo; Allegro 
  • Finale: Allegro con fuoco 

Duur: ± 90 min 

Luisterkapstokken

  • De Roemeense Rapsodie opent met een uitwisseling van de melodie in de houtblazerssectie. Sluit je ogen en volg de melodie van het ene instrument naar de andere. Welke houtblazer komt niet aan bod? 
  • Stravinski gebruikt eenzelfde akkoord (de noten D-E-A ver uit elkaar) om elk deel te openen, als een soort paspoort om een nieuwe klankwereld te mogen betreden.
  • Hoe verklank je het lot dat over onze schouders meekijkt? Tsjaikovski schreef het motief toe aan de hoorns aan het begin van zijn symfonie. De lagere koperblazers vallen na vijf maten in.  

Tussen vaderlandsliefde en jeugdgêne 

Ondanks zijn opleiding in Wenen en zijn activiteiten in Parijs, bleef George Enescu zijn leven lang een ambassadeur van de Roemeense School. Zijn eerste opusnummer Poème roumain zette de toon van zijn carrière: vele werken zijn doorspekt van Roemeense volksmuziek en brachten hem internationale successen, maar verengden tegelijk zijn reputatie als componist. Hij had al snel genoeg van de beperkte mogelijkheden in het toonzetten van Roemeense liederen en dansen; zoals hij in 1924 opmerkte, was het enige wat een componist met bestaande volksmuziek kon doen “het rapsodiseren, met herhalingen en juxtaposities”. Een negentienjarige Enescu dacht er in 1901 duidelijk anders over. De Eerste Roemeense Rapsodie past mooi in dezelfde rij als Brahms’ Hongaarse Dansen of Dvořaks Slavische Dansen, twee componisten waar Enescu naar opkeek. Van de intellectuele ontwikkelingen aan de hand van Wagner, Liszt en Berlioz moest hij niets hebben; hij is een traditionalist. Enescu treedt de 20e eeuw binnen met pure romantiek en melodie op de voorgrond. De houtblazers die de openingsmelodie uitwisselen hebben dit goed begrepen. De rapsodie evolueert van lieflijk naar levendig en van folklore naar fanfare, maar vermijdt dramatiek en duisternis. Een uitstekende orkestrale opener om al schuifelend op het puntje van je stoel te belanden. Zeker onder het enthousiasme van Klaus Mäkelä. (Guillaume De Grieve)  

Een nostalgische ‘recherche du temps perdu’ 

Igor Stravinski schreef zijn belangrijkste composities in concertovorm – met het Vioolconcerto in D-groot als eerste in de reeks - tussen 1931 en 1938. Tijdens een tournee in Duitsland werd hij benaderd om voor de Amerikaanse violist Samuel Dushkin een concerto aan te schrijven. Na enige aarzeling stemde Stravinski met het voorstel in en ging hij aan de slag, in nauwe samenwerking met de violist, die hem nauwkeurige aanwijzingen gaf over technische details voor de solopartij. Het resultaat is een schoolvoorbeeld van neoclassicisme. Niet in de betekenis van oppervlakkige stijlnabootsing, maar van een liefdevolle benadering van voorbeelden uit het verleden, vaak in een vervreemdende bewerking. De titels van de afzonderlijke delen verwijzen naar instrumentale vormen uit de barok. Toccata en Capriccio, de snelle buitendelen die de stuwende motor van het werk uitmaken, zijn gebaseerd op 18e-eeuwse patronen. Solist en orkest zijn voortdurend betrokken in een actieve uitwisseling van thematisch materiaal. Daartegenover ademen de middendelen, Aria I en Aria II, een expressieve en lyrische sfeer. Het vervreemdingseffect is hier veel minder voelbaar. In de tweede aria lost de melodie, in een ware barokgeest, zelfs op in een kantwerk van beweeglijke versieringen. Stravinski gaf zelf toe dat hij door de keuze van de ondertitels bewust de ziel van Bach wilde suggereren. Naar eigen zeggen was hij zeer verknocht aan Bachs Concerto voor twee violen en heeft hij naar diens model het laatste deel van zijn concerto als een duet tussen de solist en een violist uit het orkest opgevat. Hoewel nooit letterlijk citaten te horen zijn, is er in de thema’s hier en daar een herkenningseffect te bespeuren. Een groteske parodie wordt het echter nooit. Integendeel, in zijn allusies uit hij een droefgeestig verlangen naar de directe expressie die de muziek ooit vermocht uit te stralen. Stravinski liet zelfs uitzonderlijk voor dit vioolconcerto – toch minstens in een aantal opvallende fragmenten – zijn gebruikelijke antiromantische houding varen en geeft zich over aan een soort nostalgische ‘recherche du temps perdu’. (Naar archieftekst van Sabien Van Dale) 

Onder het Zwaard van Damocles 

Pjotr Tsjaikovski moest tijdens zijn leven een koor aan tegenstemmen dulden. Ook de Vierde Symfonie kende striemende kritiek: het leek wel een ballet met zijn zoetgevooisde melodietjes, doorheen de verschillende bewegingen gestrooid als “bloemetjes in een vaas”. De werkelijkheid zag er helemaal anders uit. Toen Tsjaikovski in 1877 aan de symfonie begon, leek het noodlot hem te achtervolgen. Zijn talloze persoonlijke problemen (o.m. een hopeloze relatie met zijn echtgenote en een hysterische bewonderaarster) dreven hem tot een mislukte zelfmoordpoging. Die mateloze gevoelsgeladenheid vindt een uitweg in de symfonie. De eerste beweging - een groot symfonisch gedicht - lijkt wel programmamuziek. Tsjaikovski schrijft aan zijn beschermvrouw Nadezhda von Meck: “Het beginmotief van het Fatum zal doorheen de hele symfonie opduiken. Het doet me denken aan het Zwaard van Damocles, dat steeds boven onze hoofden hangt en ons bitter stemt. Het hoofdthema zou de neerslachtigheid kunnen weergeven, het leven zonder hoop. Het tweede thema zou de vlucht uit de werkelijkheid kunnen weergeven. Die twee thema’s zullen zich in de doorwerking bekampen. Het wordt een slagveld, waarin de troostende droom en de bijtende werkelijkheid tegenover elkaar staan.” De componist schrijft verder: “Het Andantino drukt de weemoed uit, die ons ‘s avonds overvalt, wanneer we in de eenzaamheid treden. Het Scherzo bestaat uit grillige arabesken, een vluchtige verwijzing van de geest, wanneer we wijn gedronken hebben en de eerste weerslag ervan voelen.” Wat de Finale betreft, kunnen we beter luisteren naar de tragische bochten van zijn opera Evgeni Onegin, die in dezelfde periode gecomponeerd werd. Wie kan de gelijkenissen vinden? (Naar archieftekst van Claude Ledoux, vertaling Joris De Temmerman) 

Oslo Philharmonic

orkest

Het Oslo Philharmonic is een internationaal gerenommeerd symfonieorkest met meer dan 100 muzikanten en een geschiedenis van meer dan 100 jaar. Het orkest geeft jaarlijks meer dan 130 concerten met volledig orkest of kleinere kamermuziekensembles in Oslo, Europa en de rest van de wereld. Hoogtepunten uit hun vijfde seizoen met chef-dirigent Klaus Mäkelä zijn de focus op Sjostakovitsj, uitvoeringen van Mozarts Requiem, Sibelius’ Lemminkäinen Suite en nieuwe werken van Andrew Norman en Anders Hillborg. Voorgangers van Mäkelä waren onder andere Herbert Blomstedt, Mariss Jansons en Vasily Petrenko.

Vilde Frang

viool

Violiste Vilde Frang werd geboren in 1986 in Noorwegen en werd reeds op twaalfjarige leeftijd door Mariss Jansons geëngageerd om te debuteren met het Oslo Philharmonic. Sindsdien speelde ze als soliste bij onder meer Berlin Philharmonic, London Symphony, Concertgebouworkest en Gewandhausorchester Leipzig en stond ze aan de zijde van Ivan Fischer, Gustavo Dudamel en Sir Simon Rattle. Frang is een exclusieve Warner Classics-artieste en haar opnames zijn bekroond met talloze prijzen waaronder de Deutsche Schallplattenpreis, Diapason d'Or en Gramophone Award. Frang bespeelt de “Rode” Guarneriusviool uit 1734, in bruikleen van een Europese weldoener.

Konzertmeister 
Elise Båtnes  
Sarah Christian  

eerste viool
Pauls Ezergailis 
André Orvik 
Eileen Siegel 
Jørn Halbakken 
Øyvind Fossheim 
Alyson Read 
Arve Bergset 
Bogumila Dowlasz 
Daniel Dalnoki 
Guro Asheim 
Patrycja Blaszak-Bienkunska 
Amanda Horn 
Katrine Yttrehus 
Johannes Schantz 

tweede viool  
Maria Angelika Carlsen 
KolbjørnHolthe 
Vegard Johnsen 
Svein Skretting 
Dagny Bakken 
Niels Aschough 
Marit Egenes 
Ragnar Heyerdahl 
Hans Morten Stensland 
Baard Winther Andersen 
Kristin Skjølaas
Aslak Juva 
Aleksandre Khatiskatsi 
Emil Huckle-Kleve 

altviool
Catherine Bullock-Bukkøy 
Anders Rensvik 
Dorthe Dreier 
Heidi Heistø Carlsen 
Stig-Ove Ose 
Cecilia Wilder 
Benedicte Royer 
Pål Solbakk 
Andrés Maurette O'Brien
Nanna Ikutomi Sørli 
Arvid Resare 
Elisabeth Lund Tomter 

cello 
Louisa Tuck 
Joris Van Den Berg 
Katharina Hager-Saltnes 
Bjørn Solum 
Hans Josef Groh 
Cecilia Götestam 
Kari Ravnan 
Toril Syrrist-Gelgota 
Kristine Martens 
Inga Byrkjeland 

contrabas 
Kenneth Ryland 
Glenn Lewis Gordon 
Kjetil Sandum 
Frode Berg 
Steinar Børmer 
Danijel Petrovic 
Nicholas Chalk 
Erlend Skei 

fluit
Ting-Wei Chen 
Tom Ottar Andreassen 
Trond Magne Brekka 
Nicole Henter 

piccolo 
Trond Magne Brekka 

hobo 
David Strunck 
Joao Miguel Silva 
Min Hua Chiu 
Sigurd Greve 

Engelse hoorn
Leif Arne Pedersen 
Fredrik Fors 
Pierre Xhonneux 
Ingvill Hafskjold 

klarinet in es
Pierre Xhonneux 

basklarinet 
Ingvill Hafskjold 

fagot
Ole Kristian Dahl 
Embrik Snerte 
Frode Carlsen 
Linn Cecilie Ringstad 

contrafagot 
Frode Carlen  
Linn Cecilie Ringstad 

hoorn 
Inger Besserudhagen 
Asbjørn Ibsen Bruun 
James Patterson 
Jan Olav Martinsen 
Kjell Adel Lundstrøm 

trompet
Brynjar Kolbergsrud 
Christopher Hart 
Jonas Haltia 
Axel Sjöstedt 

trombone  
Audun Breen 
Terje Midtgård 
Runa Eid Hermansen 

bastrombone
Martha Eikemo Andersen 

tuba 
Frode Amundsen 

pauken
Christopher Lane 

percussie
Christian Berg 
Heming Valebjørg 
Geir Syrrist 

harp
Birgitte Volan Håvik 
Lara Macri 

Bozar Maecenas

Prince et Princesse de Chimay · Monsieur et Madame Betrand Ferrier · Barones Michèle Galle-Sioen · Monsieur et Madame Laurent Legein · Madame Heike Müller · Monsieur et Madame Dominique Peninon · Monsieur et Madame Antoine Winckler · Chevalier Godefroid de Wouters d’Oplinter

Bozar Honorary Patrons

Comte Etienne Davignon · Madame Léo Goldschmidt

Bozar Patrons

Monsieur et Madame Charles Adriaenssen · Madame Marie-Louise Angenent · Comtesse Laurence d’Aramon · Monsieur Jean-François Bellis · Baron et Baronne Berghmans · Monsieur Tony Bernard · De heer Stefaan Bettens · Monsieur Philippe Bioul · Mevrouw Roger Blanpain-Bruggeman · Madame Laurette Blondeel · Comte et Comtesse Boël · Monsieur et Madame Thierry Bouckaert · Monsieur Thierry Boutemy · Madame Anny Cailloux · Madame Valérie Cardon de Lichtbuer · Madame Catherine Carniaux · Madame Paloma Castra Martinez de Tejada · Monsieur Jim Cloos et Madame Véronique Arnault · Mevrouw Chris Cooleman · Monsieur et Madame Jean Courtin · Monsieur et Madame Denis Dalibot · Madame Bernard Darty · Monsieur Jimmy Davignon · De heer en mevrouw Philippe De Baere · Monsieur Nicolas De Coster et Madame Stéphanie Donnez · De heer Frederic Depoortere en mevrouw Ingrid Rossi · Monsieur Edouard Derom · Monsieur Patrick Derom · Madame Louise Descamps · De heer Bernard Dubois · Mevrouw Sylvie Dubois · Madame Claudine Duvivier · Madame Dominique Eickhoff · Baron et Baronne William Frère · De heer Frederick Gordts · Comte et Comtesse Bernard de Grunne · Monsieur et Madame Pierre Gurdjian · De heer en mevrouw Philippe en Martine Haspeslagh - Van den Poel · Madame Susanne Hinrichs et Monsieur Peter Klein · Monsieur Jean-Pierre Hoa · De heer Xavier Hufkens · Madame Bonno H. Hylkema · Madame Fernand Jacquet · Baron Edouard Janssen · Monsieur et Madame Jean-Louis Joris · Monsieur et Madame Adnan Kandyoti · Monsieur Sander Kashiva · Monsieur Sam Kestens · Monsieur et Madame Klaus Körner · Madame Marleen Lammerant · Monsieur Pierre Lebeau · Monsieur et Madame François Legein · Madame Gérald Leprince Jungbluth · Monsieur Xavier Letizia · De heer en mevrouw Thomas Leysen · Monsieur Bruno van Lierde · Monsieur et Madame Clive Llewellyn · Monsieur et Madame Thierry Lorang · Madame Olga Machiels-Osterrieth · De heer Peter Maenhout · De heer en mevrouw Jean-Pierre en Ine Mariën · De heer en mevrouw Frederic Martens · Monsieur Yves-Loïc Martin · Monsieur et Madame Dominique Mathieu-Defforey · De heer en mevrouw Frank Monstrey (urbion) · Madame Philippine de Montalembert · Madame Nelson · Monsieur Laurent Pampfer · Famille Philippson · Monsieur Gérard Philippson · Madame Lucia Recalde Langarica · Monsieur Bernard Respaut · De heer en mevrouw Guy en Martine Reyniers · Madame Fabienne Richard · Madame Elisabetta Righini et Monsieur Craig Finch · Monsieur et Madame Frédéric Samama · Monsieur Grégoire Schöller · Monsieur et Madame Philippe Schöller · Monsieur et Madame Hans C. Schwab · Monsieur et Madame Tommaso Setari · Monsieur et Madame Olivier Solanet · Monsieur Eric Speeckaert · Monsieur Jean-Charles Speeckaert · Vicomte Philippe de Spoelberch et Madame Daphné Lippitt · Madame Anne-Véronique Stainier · Monsieur Didier Staquet et Madame Lidia Zabinski · De heer Karl Stas · Monsieur et Madame Philippe Stoclet · Monsieur Nikolaus Tacke et Madame Astrid Cuylits · De heer en mevrouw Coen Teulings · Monsieur et Madame Philippe Tournay · Monsieur Jean-Christophe Troussel · Dr. Philippe Uytterhaegen · Monsieur et Madame Xavier Van Campenhout · De heer Marc Vandecandelaere · De heer Alexander Vandenbergen · Mevrouw Barbara Van Der Wee en de heer Paul Lievevrouw · De heer Koen Van Loo · De heer en mevrouw Anton Van Rossum · De heer Johan Van Wassenhove · Monsieur et Madame Michel Wajs-Golschmidt · Monsieur et Madame Albert Wastiaux · Monsieur Luc Willame · Monsieur et Madame Bernard Woronoff · Monsieur et Madame Jacques Zucker 

Bozar Circle

Monsieur et Madame Paul De Groote · Mevrouw Greet Puttaert · De heer Stefaan Sonck Thiebaut · Madame France Soubeyran · De heer en mevrouw Remi en Evelyne Van Den Broeck

Bozar Young Circle

Mademoiselle Floriana André · Monsieur Axel Böhlke et Madame Clara Huizink · Monsieur Matteo Cervi · Monsieur Laurent Coulie et Madame Cory Zhang · Monsieur Rodolphe Dulait · Monsieur et Madame Melhan-Gam · De heer Koen Muylle · De heer Sander Muylle · Madame Audrey Noble · Dr. Bram Peeters · Monsieur Guillaume van Doorslaer et Madame Emily Defreyne

En onze Leden die anoniem wensen te blijven